De goede nor
Jan de wildeMet gekloven lip, gebroken neus en dodelijk moe
van de derde-graadsverhoren kwam ik toe
in de goede nor van Leuven-centraal,
waar de dokter me verzorgde als een kind,
waar de directeur me toesprak als zijn meest intieme vriend,
'k denk nog vaak terug aan het koninklijk onthaal
in de goede nor van Leuven-centraal.
't Leek waarachtig wel 'n eersteklas hotel,
'k kreeg 'n stevig maal met zeven vette wormen in de sla,
met een lekker bakje kamferkoffie na
en toen bracht een lieve man me naar m'n cel,
een driesterrencel met uitzicht op de zon,
met 'n raampje, met vier muren en 'n vloer en 'n plafond,
dit en nog veel meer, het was er allemaal
in de goede nor van Leuven-centraal.
Elke dag kreeg je jenever bij de vleet
en bij 't werken van die zalige muziek-waar-pit-in-zit,
enkel als je je heel zwaar misdragen had
kreeg je 'n vier uur non-stop Beethoven dieet.
'k Leerde gratis meer dan één behoorlijk vak,
hoe je folders vouwt en koffers kraakt en hoe je dozen plakt
en als je iets hoorde was het vriendelijke taal
in de goede nor van Leuven-centraal
De bewaarders waren goed als koekebrood,
toen ze staakten voor wat minder werk en voor 'n hoger loon
hebben w'onze volle sympathie betoond,
wat de wederzijdse vriendschap heeft vergroot.
Altijd welgemoed en altijd weldoorvoed,
elke maand bezoek en elke maand gewassen ondergoed,
met veel spijt en heimwee denk ik elke maal
aan de goede tijd in Leuven-centraal