Stoer?

Kladderen op de muren (muren)
Klieren in de les
Hangen bij de supermarkt (supermarkt)
Zwaaien met een mes

Pesten met een groepje (groepje)
Stenen door een ruit
Roken op je tiende (tiende)
Straks misschien een spuit

Als dat stoer is
Als dat stoer is
Man, dan draai ik me wel om
Als dat stoer is
Als dat stoer is
Das niet stoer maar stom, stom, stom, stom

Stoer dat is je eigen club beginnen
Stoer dat is je gympen aan en gaan
Stoer dat is een voetbalwedstrijd winnen
Stoer is voor je eigen mening staan

Das pas stoer

Jatten in een winkel (winkel)
Rijden door rood licht
Fietsen met je handen los
En je ogen dicht

Vuilnisbakken trappen (trappen)
Schoppen naar een dier
Niet betalen in de bus (bus)
Stiekem aan het bier.

Als dat stoer is
Als dat stoer is
Ga ik wel een straatje om
Als dat stoer is
Als dat stoer is
Das niet stoer maar stom, stom, stom, stom

Stoer is met je laarzen door het water
Stoer is met wind tegen langs de dijk
Stoer is kunnen lachen om een flater
Stoer dat is je eigen krantenwijk

Das pas stoer

Stoer is voor een goed doel collecteren
Stoer is naar je zieke oma gaan
Stoer dat is je broertje zwemmen leren
Stoer is ergens helemaal voor gaan

Das pas stoer
Das pas stoer
Das pas stoer

Stoer dat is je eigen club beginnen
Stoer dat is je gympen aan en gaan
Stoer dat is een voetbalwedstrijd winnen
Stoer is voor je eigen mening staan

Das pas stoer

Stoer is met je laarzen door het water
Stoer is met wind tegen langs de dijk
Stoer is kunnen lachen om een flater
Stoer dat is je eigen krantenwijk

Das pas stoer
Stoer
Das pas stoer
Stoer
Das pas stoer
Stoer
Das pas stoer
stoer