Ik ben zo blij
Samson en gertelke dag hetzelfde rondje
S: o zeg, dat lijkt mij stom
G: en heel veel vogels zitten in een kooi
ze kunnen nooit eens lekker vliegen
S: o zeg, en dat is juist zo mooi
refrein
S: ik ben zo blij dat ik een hond ben
G+K: hij is zo blij dat hij een hond is
S: ja, ik ben zo blij dat ik een hondje ben
G: grote mensen hebben altijd haast
ze nemen nooit de tijd
S: oh, dat is niks voor mij
G: en kippen zitten altijd in een hok
en als de mensen honger hebben
S: ja, dan eten ze ze nog op
S: dan ben ik blij dat ik een hond ben
G+K: dan is hij blij dat hij een hond is
S: dan ben ik blij dat ik een hondje ben
S: ik snuffel lekker aan een paal
K: hij snuffelt aan een paal
S: ik plas tegen de bomen
K: hij plast tegen de bomen
S: ik hoef nooit naar school te gaan
K: nooit te gaan
S: dus laat mij maar lekker dromen
K: oe oe oe oe
refrein 2x
K: hij is zo blij dat hij een hond is
hij is zo blij dat hij een hond is
hij is zo blij dat hij een hondje is