Het huwelijk
André van den heuvelPervers en mensvijandig
Een vrouw wil trouw maar merkt al gauw
De mannen zijn losbandig
't Zijn hoerenlopers, dus de vrouw
Doet ook alsof ze hoer is
Ze lokt hem met haar onderbuik
Tot hij verstrikt zit in die fuik
Waaruit er geen retour is
Dat ene felbegeerde ding
Zo preuts bedekt in zijn naburigheid
Dat wil ze ruilen voor een ring
En voor z'n thuis, z'n kind, z'n vrijheid
Ze wil een man en een gezin
En anders komt ie er niet in
Ze maakt hem hitsig, heet en geil
En dan... dan gaat ie voor de bijl
Het huwelijk is gruwelijk
En wie getrouwd en wel is
Ontdekt al gauw dat huw'lijkstrouw
Een muffe, nauwe cel is
Vol ruzie en vol jaloezie
Niet vrijen, enkel klagen
Dus hij ontvlucht die dorre sleur
En zoekt z'n heil buiten de deur
De haat heeft toegeslagen
Zij haat het leven dat hij leidt
Hij haat haar vette onderkinnen
Zij is jaloers op elke meid
Hij wil vergeefs iets nieuws beginnen
Verleidt de vrouwtjes bij de vleet
En denkt dat zij dat nog niet weet
Zij stort zich in haar moederrol
Terwijl... hij uitgaat met een snol
Het huwelijk is gruwelijk
De liefde is een rotzooi
Het is obsceen en leidt alleen
Tot ontucht en geflikflooi
De hartstocht moest verboden zijn
De doodstraf op verloving
Verboden ook de lits jumeaux
En bovenal de libido
Die giftige verdoving
"Als er geen sex meer zou bestaan
Werd er geen kindje meer geboren
Dus zou de mens ten onder gaan"
Nou, daar is weinig aan verloren
'k Zie liever dat de mens verdwijnt
Dan dat ie dor en weggekwijnd
Z'n leven uitzit als een straf
Gestikt... in een familiegraf