Jeugd moet branden

vandaag wil ik nog niet kapot
ik wil nog leven als een zot
ik ga nog door tot op het bot
want morgen ben ik weggerot

span de kroon los door de waakvlam
van verlangen in je vel
dooft de nacht van zenuwslopen
in je bed is van geen tel

jeugd moet branden

vandaag wil ik nog niet kapot
ik grijp het leven bij de strot
en wring het uit tot puur genot
want morgen ben ik weggerot

roer de trom sla plat de hamer
sper de wonde tong om tong
stinkt het rukvlees in de splijtzwam
stekker uit de stalen long

jeugd moet branden

hoor hoe ik toeter
windkracht acht negen zeventien
ik wil tot die leeftijd
mooier is geen politiek

jeugd moet branden

vandaag wil ik een nieuwe kop
de oude is al jaren op
een spiegel hier en daar een schop
ik zie er wel wat tegenop

jeugd moet branden

(c) tekst: Elvis Peeters / muziek: Geert Corbeels