Opa
Fons jansenNee, dat was Mevrouw van Dijk van kamer 195. Beetje hardhorend. Laatst zegt ze: "Dat nieuws voor doven en slechthorenden, daar heb ik inderdaad nog nooit een woord van verstaan"
Als je even wacht heb ik chance.
Nou zie je mij op mijn leeftijd nog een weduwe trouwen
Hoewel, nou je het zegt, ik was altijd een groot voorstander van recycling. Nee, maak je niet ongerust jongelui. Ik ben van de oude stempel.
Ik zeg altijd: Vroeger was het goed. Zeggen ze: Ja, maar nu is het beter. Ik zeg: Het zou nog beter zijn als het weer goed was.
Vroeger was het een heel andere tijd natuurlijk. Weet je wat je vroeger veel meer had dan tegenwoordig? Trutten. Waar je keek: trutten. Maar daar stond tegenover: je had veel minder sletten. En hoe is dat tegenwoordig? Nu ben je al een trut als je geen slet bent
Ik heb een frappant voorbeeld. Afgelopen zondag komt mijn kleinzoon op bezoek. Had-ie zo'n meiske bij zich, dus ik vraag: "Zo jo, heb je nou verkering?" Hij zegt: "Verkering opa, wat is dat nou weer?" Ik zeg: "Pakweg vaste verhouding". Hij zegt: "O nee opa, zover zijn we nog lang niet. Wij slapen alleen nog maar samen".
Dank u. Ik zal uitkijken. Als ik hier teveel van drink, krijg ik toch zulke merkwaardige verschijnselen. Dan hoor ik stemmen. En nog gekker: ik verplaats mij honderd jaar verder in de geschiedenis. Als je me dan vraagt: welk jaar hebben we nu? Weet je wat ik dan antwoord? Tweeduizend zoveel.
Dus uitkijken geblazen. Gevaarlijk spul. Gelukkig heb ik altijd matig geleefd. Ik heb hem maar een keer om gehad en ik weet nog precies waar dat was. Ik zat in een cafe naast zo'n animeerdame, tegenwoordig heet dat een animeerkundige vroeger had je een bakker, tegenwoordig een kadetterette, en ik zeg: "Juffrouw, weet u dat de drank u tien maal meer sexy maakt?" ze zegt: "Man ik heb niks op". Ik zeg: "Nee maar ik wel". Ik zeg: "U lijkt, tussen haakjes, precies op mijn vrouw". Ze zegt: "Seikerd". Ik zeg: "Ja, ook als u praat"
Nee, dan mijn buurman van 124. Dat tettert maar aan. En hij geeft het toe hoor. Hij bekent eerlijk dat-ie 's avonds twee whisky-soda's neemt, maar daarna gaat-ie drastisch minderen. Zul je vragen: Hoe dan? Dan komt dat soda-water er niet meer aan te pas
Maar het is de pest voor zijn geheugen. Soms vertelt hij iets en dan weet hij niet dat hij het vijf minuten geleden ook al heeft verteld. Hij heeft zich ook beklaagd bij zijn huisarts: "Dokter, ik word vergeetachtig". Vraagt die dokter: "Hoelang hebt u dat al?" Hij: "Hoelang al wat?" Dokter: "Die vergeetachtigheid" Hij: "O, dat is waar, dat wilde ik vragen: Kan dat overgaan?" "Nou", zegt die dokter "vergeet 't maar. Helaas meneer, ik kan u niet jonger maken". Hij zegt: "Nee, daar kom ik ook niet voor, ik wilde graag ouder worden".
Hij ligt altijd in de clinch met doktoren.
"Dokter, mijn rechterbeen is bepaald dikker dan mijn linker hoe kan dat komen?" "Ach meneer", zegt die dokter "dat zal de leeftijd zijn". Hij: "Dat lijkt me eigenlijk hoogt onwaarschijnlijk, want bij mij is het linker been exact even oud als het rechter".
Het is een originele figuur. Als hij er eentje laat vliegen, weet je wat hij dan zegt? "Zo jongens, horen jullie me ook eens van een heel andere kant". Dat zijn van die geintjes die hij heeft overgehouden uit zijn tijd als koloniaal in Indie. O, hij kan met heimwee ovr Indie vertellen. Dan zegt hij: "Stel je dat voor mensen, het was daar altijd mooi weer. Daarom zijn wij er ook weggegaan want je wist als Nederlander verdomd niet waar je over moest praten". Maar op een keer had hij bij die kolonialen iets uitgespookt. Hij werd ervan beschuldigd, een blondje te hebben verleid en hij had bekend. Ofschoon hij het niet gedaan had. Waarom had hij dan toch bekend? Hij was apetrots met de tenlastelegging. Maar goed: als je bekent moet je ook de straf ondergaan. Hij mocht kiezen: of twintig stokslagen of veertien dagen zitten. Hij koos twintig stokslagen. Kon hij veertien dagen niet meer zitten
En nog niet terug in Nederland, wie stond daar op de stoep? De pastoor. Of-ie zijn vrouw was trouw gebleven. Hij zegt: "Zeker pastoor, meer dan eens". En of-ie altijd geleefd had volgens het geloof? Hij zegt: "Nee, pastoor, met opzet niet. Kijk, ik vind dat geloof zoiets heiligs, ik houd dat gescheiden van het alledaagse leven".
Hij wist inderdaad geen bliksem van het geloof af. Hij dacht dat Maria van Altijddurende Bijstand een dame was, die misbruik maakt van sociale voorzieningen.
Later kwamen hij en zijn vrouw hier in dit bejaardencentrum. Hij iedere zaterdagavond naar de kroeg.en dan kon ik door de muur heen horen, hoe zij hem hartelijk welkom heette. "Hoe durf je, halfzat thuis te komen?" Hij: "Maar liefje, mijn geld was op". Zij: "En hoe vaak moet ik het nog zeggen: het is een langzaam vergif". Hij: "Ik heb ook geen haast".
Maar pas geleden heeft de dokter hem weer gewaarschuwd. Zo van: "Meneer, het is bij u allemaal Wein Weib en Gesang, u moet zich matigen". Toen heeft-ie bedankt voor het kerkkoor.
Nu zit hij hem te knijpen dat hij de pijp uit zal gaan. Maar ik heb al gezegd: "Jij hebt al zoveel meegemaakt, dat sterven zul je ook nog wel overleven".
Tussen haakjes: weet je wat bij hem het zwakke punt is? Het geheugen. Soms vertelt hij iets en dan weet hij niet dat hij het vijf minuten geleden ook al verteld heeft.