Nooit meer terug
Harrie jekkersLaat haar ogen nog eens over al die blauwe plekken gaan
Ze heeft al zo vaak op het punt gestaan
Om weg te gaan, weg bij hem vandaan
Maar vandaag weet ze zeker dat ze echt zal gaan
Ze laat zich nooit, echt nooit meer slaan
Ze kleedt zich aan en pakt op de tast
Haar schoenen, haar kleren, haar koffer uit de kast
Ze kijkt naar het bed, gelukkig slaapt ie vast
En ze vraagt zich niet meer af hoe het in godsnaam kon bestaan
Dat handen die streelden ook konden slaan
Ze moet weg, weg bij hem vandaan
Ze heeft gepraat, geschreeuwd, gefluisterd
Gehoopt dat ze het ooit begrijpen zou
Maar nu is ze uitgeluisterd naar zijn ik haat je en ik hou van jou
Eindelijk is het afgelopen
Ze gaat de trap af tree voor tree
Doet in de gang de voordeur open en neemt de sleutel niet meer mee
Eindelijk is het afgelopen
Ze trekt de deur achter zich dicht
De deur van daarna nooit meer open
De deur van nu voor altijd dicht
Voor altijd dicht, voor altijd dicht
Kijk daar loopt ze met haar koffer door de lege winkelstraat
Waar ze nooit meer terug wil komen
Elke stoeptegel van haat
Waar Alles Moet Weg al zolang op de ruiten staat
Waarom, denkt ze, ben ik niet eerder weggegaan
Heb ik me zolang als een hond laten slaan
Waarom zo laat pas begrepen waar het eigenlijk om gaat
Dat je geen troost kan vinden bij de hand die slaat
Ze laat zich nooit, echt nooit meer slaan
En ze laat zich ook nooit begrip meer vragen
Voor een liefde die ook haat, vernedert en verraadt
Ze is de hoek al om geslagen
Wie weet op weg naar een liefde die alles slaat
Kijk haar bij de brug staan wachten met haar koffer in haar hand
Kijk hoe ze de schepen in gedachten achter zich voorgoed verbrandt
Eindelijk heeft ze durven breken
Eindelijk staat ze voor de brug
Die ze zo zal oversteken
De brug van heen en nooit meer terug
En nooit meer terug