Alleen niet op maandag

Geef me een hamer, dan bouw ik een schuur
Geef me een kwast en ik beschilder de muur
Had ik een vulpen, ik schreef een roman
Ik wapper met mijn haden wanneer ik
Maar kan

refr.:
Alleen niet op maandag
Maandag maakt me ziek
Na al die drukke dagen is de rek
Uit m'n elastiek
Nee, nee, niet op maandag
Doe me dat niet aan
De boog kan toch niet altijd
Strak gespannen staan

Dinsdag - Geen bezwaar
Woendag - Zeg het maar
Donderdag - Opperbest
Vrijdag - Ongestresst
Zaterdag - Zonder meer
Zondag - Keer op keer
Elke dag - Geen probleem
Maar maandag, nou nee

Geef me je vinger dan neem ik je hand
Als je me aankijkt: uitslaande brand
Je brengt het allerbeste bij me omhoog
Ik krijgt het op mijn heupen, ooh ik hou
Het niet droog

refr.

Dinsdag - Paai ik je
Woensdag - Aai ik je
Donderdag - Kus ik je
Vrijdag - Blus ik je
Zaterdag - Streel ik je
Zondag - Steel ik je
Elke dag - Wil ik je
Maar maandag, nou nee

Typisch, da's typisch he?
Typisch he!

refr.