De donkere dagen voor kerstmis
Willem nijholtDe mensen, met hun plastic aan, bewegen door een schijnbestaan
De donk're dagen voor Kertstmis
't Schemert rond een uur of vier en ik vraag me af: Wat doe ik hier
Aan 't einde van de Overtoom, verdwaald als in een boze droom
De donk're dagen voor Kertstmis
Lieve God, denk ik, kleumend en klein
Moeten die er nu werkelijk zijn
De donk're dagen voor Kertstmis
De koude tram is overvol, maar iedereen staart leeg en hol
Naar al die pakjes op z'n arm, want daarvan wordt een mens niet warm
De donk're dagen voor Kertstmis
Hij heeft een duur cadeau gekocht, maar had een ander ding gezocht
De warmte, die een leven duurt, de hoop die een bestaan bestuurt
In donk're dagen voor Kertstmis
Alles ligt in de winkel te koop, ja, behalve, behalve de hoop
De donk're dagen voor Kertstmis
't Mist en miezert en de stad lijkt ziek en der dagen zat
De mensen, met hun plastic aan, bewegen door een schijnbestaan
De donk're dagen voor Kertstmis
En ieder pakje, dat ik draag, is maar een uitstel van de vraag
Waar kopen wij het Paradijs en wat, in Godsnaam, is de prijs
In donk're dagen voor Kertstmis
Lieve God, denk ik kleumend en klein
Moeten die er nu werk'lijk zijn
Die donk're dagen voor Kertstmis